Tennisarm (tenniselleboog / epicondylitis lateralis humeri)
De tennisarm is een veel voorkomende aandoening waarbij pijn aan de buitenkant van de elleboog optreedt. Soms straalt deze uit naar de onderarm, pols en hand.
De term is misleidend omdat slechts een klein deel van de mensen met tennisarmklachten ook daadwerkelijk tennist.
De spieren die de pols en vingers strekken noemen we 'onderarm extensoren'. Ze lopen vanuit de hand helemaal tot aan de buitenkant van de elleboog. Hier hechten ze via pezen aan op het bot van de bovenarm (de humerus). Bij de tennisarm is juist dit peesweefsel aangedaan.
De oorzaak wordt gevonden in het veelvuldig aanspannen van de onderarm extensoren. Dit veroorzaakt langdurige trek op het peesweefsel en het botvlies. Meestal ligt het steeds herhalen van dezelfde polsbeweging ten grondslag aan het ontstaan van de klachten. De klachten ontstaan normaal gesproken geleidelijk, maar kunnen ook acuut opspelen. Meestal is er dan al langere tijd sprake van degeneratie (afname van de kwaliteit) van het peesweefsel, maar gaf dit vooralsnog geen klachten.
Klachten die kunnen optreden zijn:
Golfarm (golferelleboog / epicondyllitis medialis humeri)
Bij de golfarm is er pijn aan de binnenkant van de elleboog. De pijn kant uitstralen over de onderarm naar de hand toe. Ook hier is de naam misleidend, want de meeste mensen hebben nooit golf gespeeld.
De spieren die de pols en vingers buigen noemen we onderarm flexoren. Deze spieren lopen van de handpalm zijde tot aan de binnenkant van de elleboog. Hier hechten ze via pezen aan op het bot van de bovenarm (de humerus).
De klachten ontstaan vaak geleidelijk. De golfarm kan zich ontwikkelen bij dagelijkse activiteiten waarbij de onderarm flexoren vaak worden aangespannen. Net als bij een tennisarm veroorzaakt dit langdurige rek op het peesweefsel en het botvlies. Klachten die kunnen optreden zijn: